1. Voorbereiding
Schakel de stroom uit en verwijder stopcontacten en schakelaars. Schuur oneffenheden weg met schuurpapier.
In dit klusfilmpje behangen we met vliesbehang. Leer hier alle kneepjes.
Verwijder oud behangpapier met afweekmiddel en een perforator. Gebruik een stoommachine voor dik behang of verschillende lagen oud behangpapier.
Schakel de stroom uit en verwijder stopcontacten en schakelaars. Schuur oneffenheden weg met schuurpapier.
Werk gaten en grote barsten weg met een vulmiddel.
Zorg voor een loodrecht verticaal referentiepunt voor de eerste rij papier. Gebruik hiervoor een laserwaterpas of een schietlood. Meet vooraf uit hoeveel banen je nodig hebt voor de muur en de overlapping op de volgende muur.
Zorg ervoor dat de overlapping in de hoeken groot genoeg is zodat je geen behangnaad in of vlak naast de hoek hebt.
Rol de roller in de lijm en strijk de muur in. Smeer wat breder uit dan het behangpapier breed is. Gebruik een borstel voor de randen aan plafond, deuren en plinten.
In dit filmpje werken we met vliesbehang. Bij ‘klassiek’ behang lijm je het papier zelf in, niet de muur.
Rol een strook behangpapier af van boven naar beneden. Wrijf met een behangspatel van het midden schuin naar de rand om luchtbelletjes weg te werken.
Snij het teveel aan papier weg met een breekmes. Gebruik je spatel als hulpmiddel om mooi recht te snijden. Was overtollige lijm weg met water.
Knip het behang op maat om rond een deur netjes af te werken. Voorzie wat overlap, en snij na het aanbrengen bij met een breekmes. Behang over stopcontacten en schakelaars, en snij nadien de gaten open.
Behang altijd enkele centimeters voorbij een hoek. Wrijf het eerste deel voor de hoek op de muur vast, vervolgens het deel na de hoek.
Als de hoek niet helemaal haaks is, trek dan opnieuw een loodlijn en laat de volgende baan overlappen.